HET BEROEMDE DANZIGER RAADHUIS EN DE NIET MINDER BEROEMDE
DANZIGER „LACHS” , DOOR D. J. V. D. VEN. Vervolg.
Met drie afbeeldingen naar foto's van den Heer Kuhn, Danzig.
En steeds weer vraagt onze geleider aandacht te schenken voor beeldhouwwerk, en hun diepere symbolische betee-kenis.
Staande bij het hooge venster vinden wij er allereerst „Coniunctio” voorstellend de macht der vereeniging, gesymboliseerd door een vrouw, welke vergeefsche moeite doet een bundel staven te breken, terwijl een klein kind, aan haar voeten spelend met gemak er een heeft door gebroken. Dan volgt ei de Eendracht met de spreuk: „quae regit et regitur concors hinc inde voluntas in columen cunctis gentibus esse solet.”
Een dansend gevleugeld meisje stelt in een volgend beeld plastisch de vrije geboorte (Ingenusties) voor.
Voor iemand met philosophischen aanleg zou het„yolgende beeld veel stof geven tot diepzinnige bespiegelingen. Immers het stelt „Vrijheid en slavernij” voor met het opschriif: ,,Aurea libertas nullo mercabilis aere conveniens homini est conveniensque feris.” (Gouden vrijheid gij hoogste goed
voor menschen en dieren, geen schat der wereld is met u te vergelijken) terwijl als tegenstelling een geketende man de gevangenschap (captivitas) symboliseert.
De rij wordt nu onderbroken door een van Danzig's schoonste schouwen, alweer een kunststuk van Nederland-sche afkomst. W. Bart uit Gent was er de bouwheer van, Vredemann de Vries uit Leeuwarden schilderde in 1593 het groote schoorsteenstuk.
Verder ziet men in deze prachtzaal Oratio, het gebed, boven de deur, verder een beeld, dat de bestendigheid en de onbestendigheid voorstelt en tenslotte om deze lange rij te sluiten vertelt een dansend knaapje van Levitas of de lichtzinnigheid.
Zelfs de deuren zijn met hoogst merkwaardige schilderingen verrijkt.
Zoo vertoont de deur in den Noordhoek, die naar de „Winterratstube” voert een zwijgend gebiedende gemeente-bode, die naar men wil ook door de Vries zou geschilderd
zijn. Boven de deur kijkt een tweede beeld in de zaal Dispice-onderzoek, daarnaast het laatste Oordeel met rechts de verdoemden (Maledicti) en links de gezegenden (Benedicti).
En als men zich omkeert, dan bemerkt ge hoe door een geschilderd raam de gevaarlijke luistervink vlak onder de zoldering in de zaal tracht te kijken.
En eens de blik gericht op het plafond, zal men er steeds iets nieuws op ontdekken. Rijk, overdadig rijk is het met beeldhouwwerk versierd, dat echter in het midden een groote ovaal uitspaart, waarin een trumphboog geschilderd is, die op zijn platform de stad Danzig draagt. Deze niet van chauvinistische neigingen vrij te pleiten zelfverheffing schijnt echter God den Heer welgevallig te zijn, althans onder het woord Jehova wordt de spits van den Raadhuistoren door een uit de wolken reikende hand vastgehouden.
Wanneer ik u nu nog mededeel, dat er in de 4 hoeken van het ^rtafond fraaie schilderingen gevonden worden betrekking hebbende op de Romeinsche geschiedenis, dan
IN HET STADHUIS TE DANZIG
De „Roode zaal ‘ '.
In het midden van het plafond de triumfboog met de stad Danzig, links de schouw van Vredemann de Vries uit Leeuwarden.
|