|
r
sl TECHNIEK EN MAATSCHAPPIJ
(•j (•)
©e Veiligheidsgasmeter
EN kan tegenwoordig bijna geen
! courant inzien of men vindt er ver»
! melding in van min of meer ernstige
! ongevallen door gas, hetzij gasverj stikking, hetzij gasontploffing, hetzij
! brand door gas, en wij moeten ons
! feitelijk huiverend afvragen wanneer
het opze beurt zal zijn om als slachtoffer van dezen sluipmoordenaar te vallen. Sluipmoordenaar,
ja, bij voorkeur des nachts, wanneer wij in den slaap
krachten verzamelen voor den volgenden dag, sluipt hij
nader, zachter dan de handigste dief, venijniger dan de
giftigste slang.
Wij willen het feit, dat er een ongevaarlijke lichtbron
— de electrische — bestaat, in het midden laten; wij
hebben nu eenmaal het gas, wij kunnen niet allen ineens
electrisch licht hebben, maar wij moeten en kunnen het
gevaar van gas beperken. Hiertoe hebben de gasmeterfabrieken ons in staat gesteld door de constructie van
„veiligheidsgasmeters”. De gasmeterfabriek Elster & Co.
te Rotterdam was zoo welwillend om ons verschillende
DE VEILIGHE1DSGASMETER „KUTTEN^ VAN DE
GASMETERFABRIEK ELSTER & Co., TE ROTTERDAM.
gegevens en foto’s van haar veiligheidsgasmeter te verschaffen.
De veiligheidsinrichting bestaat uit twee deelen, die
in onze eerste afbeelding met de letters A en B zijn
aangegeven; A is bij den inlaat, B bij den uitlaat gemonteerd.
Bespreken wij nu eerst de beveiliging bij den inlaat.
Het zichtbare gedeelte daarvan bestaat uit een hefboom,
die met eenvoudige handbeweging in twee standen kan
worden gebracht, n.1. „Dagstelling” en „Nachtstelling”.
In onze afbeelding zien wij duidelijk de ,,D” van dagstelling. Zet men den hefboom des avonds op nachtstelling,
dan laat de gasmeter niet meer dan 100 a 200 Liter gas
door. Deze hoeveelheid gas kan tusschen 100 en 200
Liter worden geregeld, zoodat men des nachts voor eventueel te ontsteken lampen over voldoende gas kan beschikken, terwijl deze hoeveelheid, al stroomde zij door
een lék in één vertrek, de atmosfeer voor den mensch
niet doodelijk zou maken.
Door des morgens den hefboom op dagstelling te
plaatsen, kan men weder naar behoefte over gas beschikken.
Het gedeelte B van den veiligheidsmeter, dat wij in
onze tweede afbeelding nog eens afzonderlijk weergeven,
is een toestel, dat automatisch den gastoevoer in de
huisleiding belet, wanneer een groot lek is ontstaan of
een kraan van gaslicht of komfoor per ongeluk is open
gestooten of open is blijven staan. Het kan voorkomen,
dat de toegelaten hoeveelheid gas bij ,,nachtstelling”
geheel is opgebrand en de kraan is opengebleven of er
kan des nachts een lek, grooter dan 20 Liter per uur,
zijn ontstaan; wcrdt dan des morgens de meter op
,,dagstelling” gezet, dan zorgt het toestel B, dat geen
gas in de huisleiding komt, voordat de kraan is gesloten
of het lek hersteld. Ontstaat overdag een groot lek, dan
wordt de gastoevoer door B automatisch afgesloten.
Bij muntgasmeters zou men kunnen volstaan met het
aanbrengen van het toestel B. Immers, er heeft alleen
toevoer van gas plaats na inwerping van een geldstuk,
zoodat des nachts geen gas in de huisleiding zal komen
zonder dat men zulks zelf wil, terwijl een plotseling
ontstane lek geen gevaar zal opleveren bij een ledige
huisleiding.
Het kan evenwel voorkomen, dat een kraan is open
gebleven, nadat de,betaalde hoeveelheid gas is verbrand
of dat overdag in de met gas gevulde huisleiding een
lek is ontstaan. Het toestel B sluit dan weer automatisch
den gastoevoer af, totdat de kraan is gesloten of het
lek hersteld.
Willen wij de voordeelen van den veiligheidsmeter kort
tezamen vatten, dan bemerken wij, dat deze meter gas*
vergiftiging gedurende den slaap voorkomt, lekken verraadt en bij groote gasontsnappingen automatisch wordt
afgesloten, terwijl het aanbrengen der veiligheidsinrichting
zeer eenvoudig en zonder breekwerk geschiedt.
Bovendien kan men de inrichting zóó laten maken,
dat men om den hefboom van de eene stelling in
de andere te brengen niet meer naar den gasmeter
behoeft te gaan, doch dit b. v. van uit het slaapvertrek
kan doen.
De kosten van aanbrenging van deze beveiliging, die
van onschatbare waarde mag worden genoemd, zijn zeer
gering;
©e beveiliging bij den uitlaat.
Voor gasmeters tot 10 lichten bedragen deze voor het
toestel A f 5.50 en voor het toestel B f 4.50.
Ten slotte merken wij op, dat er reeds vele gasfabrieken
bestaan, die op verzoek van de consumenten, tegen een
geringe verhooging van den meterhuur, veiligheidsmeters
in stede van gewone meters plaatsen. Het publiek zal
verstandig doen, door op plaatsing van een veiligheidsmeter aan te dringen,
De uitvinder van deze zeer nuttige vinding is de Heer
J. Rutten te s-Gravenhage.
*
'Reductor TStachtlamp.
DE ELECTRISCHE NACHTLAMP.
EN der nieuwste toepassingen op electrisch gebied is het nachtlampje In
vele gezinnen heeft men de gewoonte
om de kleine kinderen te laten slapen
bij een nachtlichtje, opdat het kind,
als het des nachts wakker wordt, zich
niet beangstigt omdat het overal rondom hem donker is; ook vele groote
0
menschen willen, teneinde op het horloge te kunnen zien,
’s nachts een weinig licht hebben. Ja, wij kennen families,
die op de gang van de bovenverdiepirlg des nachts altijd
een lamp laten branden.
Tot nu toe was de kleinste metaaldraadlamp, die bij
de gewone lichtspanning kon branden, niet kleiner dan
16 kaarsen en kostte dus bij een lichtprijs van 20 cents
per eenheid zulk een lamp per uur 0.32 cent. De Reductor
Elektrizitats-Gesellschaft te Frankfort a. M. heeft een
kleine transformator, reductor genaamd, gemaakt, die
tevens als lamphouder dient, waardoor het mogelijk is
nachtlichtjes van 1 kaars en ook van 2 kaarsen te branden.
Een lampje van 1 kaars verbruikt 2 watt, dus per uur
2 wattuur of, bij een prijs van 20 cents per eenheid,
per uur 0.04 cent. Wil men een lamp van 2 kaarsen
branden, — dat is dus meer dan het dubbele van een
gewoon nachtlichtje, — dan is het verbruik slechts 3 watt
en dus kan men zulk een lampje 333 uren branden voor
20 cents. Afgezien van de goedkoopte moet bet mindere
brandgevaar in aanmerking worden genomen, want wanneer zulk een reductor omvalt, gebeurt er niets, hoogstens
springt het lampje. Ook kunnen de kinderen er hunne
handen niet aan branden en kunnen hunne nachtponnetjes
niet in brand geraken. Overigens kan men dezelfde toestellen verkrijgen met drukknopschakelaar, die men over
den bedstijl kan hangen, zoodat men de lichtsterkte van
de lamp tot roodgloeiend kan brengen, terwijl men door
een enkelen druk op den drukknop 2 kaarsen lichtsterkte
bereikt, zoodat men dan uitstekend op zijn horloge
kan zien.
Naar wij vernemen, zullen deze nachtlampen binnenkort ook hier te lande verkrijgbaar zijn en wel tegeneen
prijs van f 6.— a f 7.—.
De bekende tegenwoordige Waxine-nachtlichtjes die’10
uren branden, kosten per stuk, als laagste prijs, 2’/2 cent
of per uur 0.25 cent. Het electrisch nachtlampje, dat
desgewenscht tweemaal zooveel licht geeft, verbruikt per
uur 0.066 cent. Het verschil per uur is dus 0 19 cent,
indien men het lampje altijd volop laat branden ; wij
kunnen evenwel gerust zeggen, dat de besparing 0.2 cent
per uur is.
Men kan veilig aannemen, dat ieder nachtlicht minstens
2000 uren per jaar wordt gebruikt, zoodat de besparing
per nachtlicht per jaar zeker is 2000 X 0.2 cent zz f 4.—.
Trekt men hiervan nog af twee gloeilampjes a f 0.30 en
een rente a 5 °/0 van f 7.— of in ronde cijfers maar ineens f 1.—, dan is de werkelijke besparing per nachtlicht
f 3.—, terwijl hiermede ieder brandgevaar is buitengesloten en men niet de kans loopt, zooals bij gebruik van
een patentolielichtje, door een knetterend miniatuur vuur
werk in zijn slaap te worden gestoord.
|