|
MEVROUW AGATHE WEGER1F-GRAVESTEIN op haar bureau bij het batikafelier.
PANORAMA >
-: GEÏLLUSTREERD WEEKBLAD
Prijs per nummer 10 Cent
Voor België 20 Centiemen
©
©
Bureaux Redactie en Administratie
Doezastraat 1, Telefoon 1, Leiden
BATIKKUNST IN NEDERLAND
J
E moet eens komen kijken, had mevrouw WegerifGravestein mij geschreven, ik heb wat nieuws.
Die woorden waren voldoende om mij te bewegen naar
Apeldoorn te gaan. Ik verheugde mij er over weer in
dat gastvrije huis te vertoeven waaraan zoovele levensherinneringen verbonden zijn, die onvergetelijk bleken,
en, eerlijk gezegd, was ik benieuwd naar de nieuwe
scheppingen van de geniale vrouw, die beroemd reeds
in Duitschland en Italië, om slechts enkele landen te
noemen, thans ook in ons eigen land , tot grootere vermaardheid komt.
Als de Hollander gaat waardeeren is zijn belangstelling diep en blijvend, vandaar dat men telkens in den
huize Wegerif menschen ontmoet, die belangstellend in
’t waarachtig-schoone met een kleinere of grootere opdracht
komen, al naar hun beurs is gespekt. Zoo trof ik eraan
een Leidsch student, die het artikel van Hofrat Alex
Koch in het Darmstadter tijdschrift Innen Decoration
gelezen hebbende over de prachtige meubelen en de
imposante woninginrichting van „Arts and Crafts” in
den Haag, vervaardigd door Chris Wegerif, die een uitnemend kunstenaar is met een fonkelenden aanleg, en
over de bekleeding der meubelen, voor de gordijnen,
stoelen etc., streng in denzelfden stijl uitgevoerd door
mevrouw Wegerif, er toegekomen was kennis te maken
met deze beide artiesten, ten einde besprekingen te
houden over ’t inrichten van zijn woning bij zijn eventueel huwelijk.
Dit prettige enthusiasme trof mij en zoo zijn er meer
sprekende voorbeelden hoe kunstgevoeligen zichzelf een
weldaad hebben bewezen door kunstvoorwerpen /an
bijzondere beteekenis in hun nabijheid te brengen.
De bekende schrijver Frits Lapidoth heeft indertijd
in de Kunstkroniek van de „Nieuwe Courant” een serie
artikelen geschreven over ’t werk van’t echtpaar Wegerif
gelijk dat in Purijn en Milaan en elders is tentoongesteld.
Het vermaarde tijdschrift „The Studio” bekroonde hen
o. a. in 1906.
Laat mij er nog een oogenblik de aandacht op vestigen
van welk een beteekenis het kunstvolle huis in de Korenstraat is. Daar heerscht een prettige geest, vriendelijke
gezichten zien u aan en de gesprekken met gastvrouw en
gastheer zijn onderhoudend; bet is een lust mevrouw
Wegerif te hooren vertellen van haar reizen in Servië,
Rusland, Spanje o’f Italië. Dèar op haar reizen in den
vreemde doet zij nieuwe indrukken op, die zij innerlijk
verwerkt. Steeds werkzaam is haar rustelooze geest om
te denken en te scheppen, altijd door. En al heeft zij in
haar leven geleerd dat niet alle illusies en droomen tot
werkelijkheid kunnen worden, zij beseft gelukkig diep in
zichzelf dat al onze ondervindingen noodig zijn om te
groeien; daardoor ontstaat die zekere rijpheid van gemoedsleven, die weldadig aandoet; niets mensebelijks is
ons vreemd en niets goddelijks evenmin. De zelfontwaakte
mensch uit den tegenwoordigen tijd, die kennis neemt
van den grooten geestelijken stroom, dien wij gewaar
worden èn in onszelf èn in de merkwaardige dingen,
die er op kunstgebied gebeuren, en óók in de psyche
De manier hoe het met was gevulde reservoirtje over de te batikken doek wordt
gevoerd. Het door was bedekte patroon blijft na het verven de grondkleur houden.
MEVROUW AGATHEWEGERIF—GRAVESTEIN
MET GEBATIKT COSTUUM.
Jong meisje aan het batikken. Duidelijk ziet men hier het door was bedekte ontwerp. Het was houdt de verf waarin de doek gedompeld wordt tegen en het patroon verschijnt in grondkleur na het verdwijnen van het was.
van onze medemenschen, staat als bevrijd van veel wat
hem vroeger gevangen hield en kan als bevrijde, met
verjongde en verinnigde belangstelling kennis nemen van
wat hij vindt, voor alles, schoon. Belangrijk is het
gedachteleven van den mensch, belangrijk te zien hoe
het innerlijk reageert op de indrukken van buiten. Is
het wonder dat een scheppend kunstenaar als mevrouw
Wegerif zich, hei allerliefst in Italië ophoudt? Daar leeft
de groote traditie, de herinnering aan oude heerlijkheid.
Het geestelijk aroma, dat in wonderlijke fijnheid de lucht
doortrilt, is van een andere, wat geestelijker samenstelling dan datgene wat wij in een jonger land bespeuren.
Gelijk de groote denker en dichter en occultist. Wolfgang
von Goethe, inspiratie vond in het land van schoonheid:
Italië, zoo ook wordt mevrouw Wegerif in Italië geïnspireerd tot ’t scheppen van kunstwerken, altijd door.
Welnu dat buis in de Korenstraat waar de kunstenaar
woont is vol herinneringen aan Italië. Kostbare reproducties van de edelste kunstwerken zijn er aanwezig, zij
brengen ons dichter bij de genieën da Urici, Michel
Angelo, Botticelli. Maar niet eenzijdig is de smaak van
de bewoonster, want ginds hangen vier origineele etsen
van Rembrand! en wat verder een portretstudie van
Haverman en etsen van James Enson en een Russisch
primitief, door haar in Servië opgedoken. Over die kamer
zoude ik nog heel veel kunnen vertellen, want pas hebt
gij genoten van een fraaien Bauer of een schilderij van
een modernen Italiaan of een jongen Duits?her trekt uw
aandacht .... en zie, daar is een Kees van Dongen van
groote afmeting.
En onderlusscben spreekt gij met de innemende vrouw
over het futurisme en het cubisme, zij kent het werk
van hun toonaangevers, neemt met ernst en goeden wil
hun uitingen waar en voelt verwantschap, innerlijke verwantschap van de beste soort, daar zij in zich het wonder
heeft weten gebeureri, langzamerhand tot een nieuwe
uitdrukkingswijze te komen, tot nieuwe lijnen, tot nieuwe
kleuren, die iets bij den beschouwer wekken dal hem
een verrassende sensatie geeft. Over dat nieuwe nu had
mevrouw Wegerif mij vroeger al eens gesproken.
Zij. verheugde zich over den arbeid van Schelfhout,
in wien zij ziet een ernstig werker, die eigen wegen
gaat. Ook sprak zij over de ontwikkeling van ’t kunstgevoel en over ’t feit dat de geestesarbeid .van de
Anthroposofische vereeniging van zulk een enorme beteekenis is voor ’t leven van dezen tijd. Dat blijkt in
Duitschland vooral, maar ook in andere landen wordt
het gevoeld.
Zoo ziet men dat mevrouw Wegerit niet alleen de
geest van het oude Italië op zich laat inwerken, maar
dat zij zich openhoudt, prachtig openhoudt, voor de
geestelijke beweging van haar tijd, en diep in haar
wordt de keurende geest, die goed van wil bewaart wat
er aan schoonheid en waarheid wordt geboden. En de
artiest in haar arbeidt voortdurend, zoo ontstaan die
grootere en kleinere wonderwerken, die de wereld door
gaan en achter blijven bier en daar en zóó door haar
prachtig-echte origineele werk van drcom, gedachte en
daad, neergezet door de kunstvaardige hand, is het
leven van mevrouw Wegerif verbonden aan vele menschen,
en daardoor krijgt het voor de menschheid een diepere
beteekenis.
Het echte en diepe, groote of kleine heeft grooter
waardij al naar mate de innerlijke ontroering het fijnst
was en de kunstenaar geeft in volledige zelfovergave.
Daarop alleen komt het aan. Zoo is het in de schilderkunst,
in de muziek, in de dichtkunst, zoo is het overal waar
een waarachtig artiest, een geïnspireerd artiest, aan ‘t woord
is op zijn eigen wijze. Het is een diepe levensvreugde
te kunnen zien, hooren, voelen, er ontstaat een geheimzinnige verbinding tusseben onze psyche en den geest,
die den kunstenaar tot inspiratie bracht.
Dit nu heb ik mogen beleven bij ’t aanschouwen van
de nieuwe Batiks van deze uitmuntende kunstenares. Pas
had ik het paarse gewaad, dat zij droeg bewonderd
of mijn aandacht viel op een stemmigen theatermantel,
bestemd voor eene gravin in München. En door mijn
handen liet ik de lappen en lapjes gaan met hun phantastische lijnen, voorstellingen bijna, bier een zeepaardje en
daar een orchidee, genietend van de kleuren, telkens
veranderend bij iedere wending der hand. Ik zag ze als
gemateraliseerde droom-verbeeldingen. Daar was de paarse
tint, die aan druiven doet denken, wazig gelijk de
wondere nevel in een bosch in den herfst. Morgenrood
en avondgoud, zeegroen en violet en meer kleuren nog.
De batiks geven een gevoel van aangename intimiteit
en levensrust. Men denkt aan uren van stillen arbeid,
aan veiligheid, maar ook aan het eeuwig bewegende
leven vol strijd en kracht, want ieder denkend mensch.,
die leeft en werkt en waarneemt en in zich opnemen
kan en indrukken verwerken, beseft door welk een geweldige inspanning en energie en ontplooiing van de
beste vermogens van den innerlijken mensch deze fijne,
delicate, ’t leven veredelende, wonderwerken zijn tot
stand gekomen.
Na jaren van voorbereiding, welke reeds prachtige
resultaten gaf, staat Agathe Wegerif op haar middaghoogte, dus midden in haar loopbaan. Het leven fonkelt
|