Panorama

Blad 
 van 2380
Records 241 tot 245 van 11897
Nummer
1913, nr.15, 8 okt. 1913
Blad
13
Tekst
G elijk bekend is waren Keizer Karei V en Koning Frans I van Frankrijk alles behalve goede vrienden. Dit dateerde al van het jaar 1519, toen zij beiden naar de Duitsche Keizerskroon gedongen hadden en de Fransche Koning aanvankelijk zelfs de meeste kans had. Toch moest hij wijken voor Karei V en koesterde daardoor een wrok tegen hem; vandaar herhaalde oorlogen tusschen beide vorsten. Zoo deed Karei V in 1521 een inval in Champagne, maar deze onderneming liep zeer ongunstig af, zoodat de Keizer in 1536 andermaal een inval liet doen in het rijk van zijn vroegeren mededinger en wel in Picardië, terwijl andermaal de Graaf van Nassau opperbevelhebber was. Zoo stonden de Duitschers op het punt de kleine stad Péronne te belegeren. „De inwoners daarvan zouden zich toch niet weten te verdedigen,” oordeelde de Graaf. „Eer we een week verder zijn, vieren we feest op het marktplein en dan zullen we er het eens goed van nemen I” Die roekelooze taalkwam Jeand’Estourmebteroore,de edelman, behoorende tot een der oudste Pioardisohe geslachten. „Zeker,” sprak hij, gloeiende van verontwaardiging. „Wij hebben tot nog toe geen gewapende macht. Maar ik zie kans, om van ieder burger een krijgsman te maken, als zij mij slechts tot aanvoerder willen hebben. Dan zouden we den Graaf van Nassau nog wel eens op een andere manier kunnen zien festijnen, dan hij dit wel zoo precies bedoeld had!” Jean d’Estourmel was niet alleen bekend om zijn onverschrokkenheid in den strijd, maar hij bezat ook ieder’s vertrouwen; en dus schaarden de bewoners der kleine stad zich met de grootste bereidwilligheid onder zijn opperbevel en kwamen de orders na, die hij gaf. Want er mocht ook geen minuutje verloren gaan, daar de Duitschers binnen een paar dagen voor de poorten der stad verwacht werden. Onder de vrijwilligers onderscheidde zich in de eerste plaats een jongmensch: Jean de Haisecourt, die zeer in amitie genomen was door den Heer d’Estourmel om zijn vrijmoedigen oogopslag, zijn wakkerheid van optreden, kortom, om geheel zijn persoonlijkheid, die hem dan ook overal in Péronne evenzeer bemind maakte. „Onze Jan,” was met recht het bedorven kindje van heel de stad en de inwoners voelden zich dan ook verplicht tegenover hem om zijn wijze raadgevingen, zoo jong als hij was. Bij troepen vluchtten de boeren naar de stad, het vee voor zich uitdrijvend en zooveel mogelijk het koren meenemend, dat met karren vol de stad binnen kwam. „We hebben wel voor drie maanden genoeg,” sprak „Onze Jan,” bij gelegenheid van een beraadslaging op het marktplein. „Als God het wil, zullen wij in weinige dagen tijds van den overweldiger verlost zijn. Maar wat zouden wij ook moeten beginnen, als het beleg eens langer dan drie maandeu duurde?” Ja, op zulk een langdurige verdediging waren zij niet voorbereid ! „Wel, laten wij den Koning om hulp vragen,” merkte er een op. „Dat zal anders niet veel geven,” antwoordde Jan, de schouders ophalend, „’s Konings troepen zijn overal noodig, dus moeten we ons zelven zien te redden; daar zit niets anders op ! Daarom moeten we dus den vijand het beleg zoo moeielijk mogelijk maken. Zooals het nu is, bieden de woningen in de voorsteden een geschikt verblijf aan voor de troepen en zelfs ’s winters kunnen ze daar zonder eenig bezwaar vertoeven. Zoo wachten ze dan op hun gemak af, totdat ons aantal tot op een tiende gedeelte geslonken is. Wij moeten dus zorgen, dat zij hun kwartieren niet daar opslaan.” De toehoorders zagen dit nog wel niet volkomen in, maar ze vertrouwden, dat „onze Jan” het beter wist en waren dus bereid te doen, wat hij nuttig en noodig oordeelde. „Maar wat weet je er dan op, zeg?” vroegen ze. „Wel: jullie moet je woningen in de voorsteden verbranden !” Hoorbare stilte volgde op deze woorden : Niemand had den moed, om te antwoorden; wat hij daar van hen eischte, was wel héél, héél zwaar. Die woningen waren van velen het eenige wat zij bezaten en als zij die dus verbrandden, waren ze met recht straatarm. Maar toch moesten ze toegeven, dat het algemeen belang het vorderde en dit mocht niet opgeofferd worden aan het particulier welzijn van enkele burgers........Neen dat ging niet! Die enkele burgers, die daardoor geen tehuis meer zouden hebben, zouden liefderijk opgenomen worden in Péronne zelf; en tot het verbranden werd kort en goed besloten.... Maar nu waren de drie maanden al om en nog altijd duurde het beleg voort. Twee aanvallen waren nu al afgeslagen; want die ongelukkige bewoners, „die zich toch niet wisten te verdedigen,” zooals de graaf van Nassau eerst gedacht had, vochten als leeuwen. Zelfs de vrouwen streden mee ! Maar nu gingen de levensmiddelen ontbreken en werd de toestand dus onhoudbaar. Op zekeren dag riep de Heer d’Estourmel alle burgers bijeen: „Wat wij zonder hulp afkonden, hebben wij nu gedaan,” sprak hij. „Laten wij dus onzen trots aan kant zetten en ons aanmelden bij den Hertog van Guise, die hier net dicht HAGEN BECK. .......................................................... bij is in het stadje Ham. Als hij niet weet, hoe slecht wij er aan toe zijn, kan hij ons ook onmogelijk ter hulpe komen. Daarom moeten we hem doen weten dat de hongersnood ons dreigt; dan mogen wij alle heil verwachten van zijn tussuhenkomst. ’ ’ Luide bijvalskreten beantwoordden deze toespraak. Maar de Heer d’Estourmel schudde droevig het hoofd. „Verheugt u nog maar niet al te zeer,” sprak hij, „want het zal geen gemakkelijke taak zijn om door de vijandelijke liniën heen te breken en behouden en wel te Ham aan te komen. Hem, die dit op zich durft nemen, zal ik beloonen met honderd goudstukken en zijn naam zal aan den Koning bekend gemaakt worden.” Nog nauwelijks had de Kapitein uitgesproken, of een jongmensch trad naar voren en uitte den wensch : „Laat mij dat zijn, o Heer !” Allen herkenden „onzen Jan.” „Jij ? ... . Maar het is een uiterst gevaarlijke onderneming. Heb je dat wel bedacht?” „Zeker.” „Het is een heel eind, en je zult het in den nacht moeten doen.” „Dat weet ik. Maar ik ken geen vrees en ik zal den Hertog onze boodschap overbrengen.” Dienzelfden avond nog trok Jean de Haisecourt er op uit. Het was nieuwe maan. Met behulp van een stevig touw liet hij zich van de wallen glijden, en passeerde hij, — dank zij den donkeren nacht — geruischloos de vijandelijke schildwachten. Maar toen was hij er nog niet: nu bleven er nog eindelooze moerassen over te steken en dat zonder een hand voor oogen te zien, moet je denken ! Menigmaal waadde hij tot over het middel in modder en slijk, dreigde ieder oogenblik te struikelen of zijn evenwicht te verliezen, en als hij van de been raakte, dan was hij natuurlijk gestikt I Dank zij zijn wilskracht, die al deze moeilijkheden overwon, kwam hij te Ham aan, juist met het opgaan der zon. „Zeshonderd man kan ik je geven,” zei de Hertog van Guise, die natuurlijk onmiddellijk het hachelijke van de toestand der stad Péronne inzag. „Dat is ook nèt genoeg,” antwoordde Jean dankbaar, „maar laat ieder soldaat, behalve zijn wapenen, ook nog een zak levensmiddelen meebrengen voor de belegerden. Maar dan twijfel ik ook geen oogenblik, of de overwinning zal aan ons zijn 1” „Jawel: maar zeshonderd man kunnen niet even ongemerkt de stad binnendringen, als gij ze verlaten hebt I Hoe legt ge dat aan?” „Dat zal ik u vanavond zeggen, Mijnheer. Nu moet ik allereerst wat rusten.” Intusschen zal ik mijn lezers vast op de hoogte brengen van de krijgslist, die de jonge man bedacht had. Tegen het vallen van den avond verzamelde hij de zeshonderd man om zich heen, die de Hertog hem had willen afstaan en stelde hun Kapitein de vraag: „Zoudt u mij ook een vijftigtal uit uw troepje kunnen aanwijzen, die geen oogenblik aarzelen zullen, ook voor de stoutste onderneming ?” „Jawel.” „Nu goed! Als u die dan voorzien wilde van trompetten en trommels dan neem ik de muzikanten onmiddellijk onder mijn eigen bevel. Volgt u dan zelf, om twee uur in den ochtend, met de overblijvende vijfhonderdvijftig soldaten, en houdt u verscholen in het kreupelhout, ten noorden van de stadswallen.” „Best.” „Dan trek ik, langs een anderen weg, achter den vijand om, naar het zuiden. Kom dan plotseling te voorschijn met uw paar honderd en trek, rechttoe, rechtaan, op de stad af, die u natuurlijk de poorten zal openen, terwijl de vijand, — die zich nu óók van het zuiden aangevallen waant, — zoo gauw mogelijk zal vluchten.” „Jawel,” antwoordde de oude Kapitein, die versteld stond over de eenvoudige manier van Jean, om den vijand te verschalken. „U lokt dus alle belegeraars naar het zuiden, terwijl wij vrijen toegang hebben in het noorden?” „Juist.” „Maar U zet uw leven op het spel!” „Dat komt er niet op aan; voor mij tien anderen 1” Klokke twee waren alle soldaten op hun post. Daar werden de Keizerlijken plotseling uit hun zoete rust opgeschrikt door luid trompetgeschal en tromgeroffel. En daar zij het voor zeker hielden, dat een groot leger hen op de hielen zal, schaarde de graaf van Nassau zijn mannen vast in slagorde. Hij trok heel zijn macht samen aan den zuidkant, omdat hij daér den aanval verwachtte. Intusschen drong de hertog van Guise met de zijnen Péronne binnen, waar hij met open armen ontvangen werd. Toen hij eenmaal goed en wel binnen de stad was, hield de muziek op, en was het weer even doodstil als te voren. De graaf van Nassau was nu allesbehalve op zijn gemak. Zou hij tegenover een groote vijandelijke macht staan ? en was hij soms heelemaal ingesloten? .... Ja, dat waren allemaal vragen, die hij onmogelijk beantwoorden kon; en om op iedere mogelijkheid voorbereid te zijn, liet hij zijn mannen slagvaardig staan, in afwachting van hetgeen gebeuren zou .... Jean de Haisecourt was nu ook, langs den omweg, de stad binnengedrongen. Toen de zon opging en de Graaf van Nassau nergens een vijand ontdekte, vreesde hij, dat men hem leelijk beet had I Woedend besloot hij dus, tot den aanval over te gaan. Maar die onverwachte tegenstand viel hem niet mee. Na een hevig gevecht op de wallen, zag hij zich.genoodzaakt het beleg op te breken, en was Péronne dus gered! De naam van „onzen Jan” bleef nog zeer lang populair in het Picardische stadje. Persoonlijk wilde de held natuurlijk niet de honderd goudstukken aannemen, die de heer d’Estourmel uitgeloofd had; maar hij verdeelde ze onder de armen der parochie. De koning verleende Jean de Haisecourt echter het recht, een met goud-geborduurde „P”. op zijn wapenrusting te dragen, waar boven een kroontje prijkte. Wèl een héél eenvoudig ordeteeken dus, maar zéér beteekenisvol, voor dengeen, die de geschiedenis er van kende 1
PDF
Nummer
1913, nr.15, 8 okt. 1913
Blad
14
Tekst
DE FEESTEN TE HAARLEM. 1. Zegewagen „De Vrijheid" met het Driemanschap. 3. „De Kunst bovenal” door de leerlingen der school voor kunstnijverheid voorgesteld. 2. Uitvoering van den Dans op de Groote Markt. 4. Een kijkje op de schitterende versiering der stad, Sir T. Vansittart Bowater, de nieuwe Lord Mayor van Londen. Dujardin—Beaumetz oud-staatssecretaris voor schoone kunsten in Frankrijk is een dezer dagen overleden. Prof. W. K. Behrens, oud-hoofdingenieur van den Rijkswaterstaat, hoogleeraar in de waterbouwkunde, is benoemd tot rector-magnificus der Technische Hoogeschool te Delft. „Lord Chief Justice” van Engeland, die bij het begin van het nieuwe zittingsjaar van het Gerechtshof, 12 October a.s. zijn ontslag zal aanvragen. DE VLIEGENIER GARROS gekiekt na zijn vlucht over de Middellandsche zee. DE AVIATEUR MOREAU (links op*onze foto) die den Bonnet-prijs won door 35 kilometer te vliegen zonder de stabiliteitsinrichting te gebruiken.
PDF
Nummer
1913, nr.15, 8 okt. 1913
Blad
15
Tekst
Sanatogen stilt zenuwhonger. „Niet alleen, dat door Sanatogen de krachten en de goede kleur terug kwamen, maar de patiënten werden ook opgewekter, stelden weer belang in hun omgeving.” Dr. K. H. Moscoviter, Den Haag. Wanneer verbruikte zenuwkracht niet voldoende wordt aangevuld, openbaren zich prikkelbaarheid, gevoel van zwakte moeheid, en vermindering van het werkvermogen. Deze worden genezen door rust, ontspanning en doeltreffende zenuwvoeding. De beide eerste kunnen niet altijd genomen worden en vele zenuwzwakken zijn uitsluitend op genezing door regeling van het diëet aangewezen. Cellenbotiwend, versterkend eiwit en zenuwvoedende phosphor, in zoodanigen vorm, dat hun verzwakte spijsverteringsorganen deze kunnen verwerken, zijn wat zij noodig hebben. Volgens het oordeel van meer dan ï8.ooo artsen is SANATOGEN dat eiwit en die phosphor in zoodanige verbinding, dat het snel en zeker verloren lichaams- en zenuwkracht teruggeeft. Het verleenen van den Grand Prix op de Hygiëne-tentoonstelling te Dresden in 1911 en op het Medisch Wereldcongres te Londen in 1913 kenmerkt de groote ingenomenheid der medici met Sanatogen, die blijkt uit nevenstaande verklaringen: „Uw Sanatogen werd reeds lang en wordt nog door mij in verschillende gevallen van neurasthenie toegepast. In verschillende gevallen van neurasthenie en vooral daar, waar de voedingstoestand geleden had, werd het door mij met succes gebruikt, terwijl een rustkuur hier geen invloed had." Dr. Diamant, ’s Hertogenbosch. Sanatogen is verkrijgbaar in verpakkingen van f 1.— tot f 9.—. Brochures kosteloos door het Generaal Agentschap, Sarphatistraat 34 Amsterdam. TER BLIJVENDE HERINNERING aan 12‘/2., 25- of 50-Jarige Feesten, bij verjaardagen, of ter herinnering aan overledenen, is niets waardigere denkbaar dan in natuurgetrouwe, olieverf kleuren geschilderde PORTRETTEN BOGAERTSL Prijzen vanaf f 8.25 met breeden vergulden lijst. Uitvoerige geïllustr. Prijscourant gratis op aanvrage, H BOGAERTS & Co. - BOXTEL. DEMANDEZ UN DUBONNET VIN TONIQUE au QUINQUINA DANS TOUS LES RESTAURANTS ET CHEZ LES MARCHANDS DE VIN. AGENTS DÉPOSITAIRES MAHLER, BESSE & Co., AMSTERDAM, ’s-GRAVENHAGE. X UCLAUS &FRITZ, AMSTERDAM, Heerengracht 295. Telefoonnummer 10786. SCOTCH WHISKY in 3 Quulitie.» WHITE LABEL .ove- öycun old f* 2.50 RED LABEL „ 10 „ f2.75 BLACK LABEL .. 12 ,, f3---- Verkrijgbaar bij H H WIJNHANDELAREN Agents- Déposilaires MAHLER, BE55E &C°, Amsterdam-sGravenhage STOKHUYZEN’S Vruchten-Limonades.merkRHENA, WELKE TERSTOND NA AANKOMST OER VERSCHE VRUCHTEN 8EREI0 WORDEN, ZIJN ONOVERTREFBAAR IN SMAAK EN AROMA. I. f. Sliiimivriielilensap en Jamfabriek, llplieu a, d. S. FABRIKANTEN IN Olie en Waterverven in Tuben, Schilderdoek, etc. Handel in Schilderen Teekenbehoeften. Prijscouranten, atsmede Conditiën voor Winkeliers, 'worden op aanvrage gaarne gezonden. F, 9W. Oames-Kleedermaker, Bontwerker. Amerikaansehe, Fransche en Engelsche Modellen. .□ □ OPENING WinterSeizoen September. Willemsparkweg 87, Galerij 39, AMSTERDAM. LICHT- en KOOKG AS Zonder Leiding. F. W. bboldl, IJselmonde. (Telef. Int. No 4022 Net Rotterdam). rft\ x~ Koopjeslij st gratis op aanvraag BIANCHI M I L A N O BIANCHI-AUTOMOBIELEN hoofd\erte<;enwoordk;ers voor Nederland: W. W. HAALMEIJER & 0°. A M S T E R I) AM. NEDERLANDSCH- HVPflTUWH * NF TRANSATLANTISCHE AMSTERDAM. Kapitaal f 2,500,000.waarvan f 1,000,000.*- geplaatst en volgestort. Werkt in CANADA met Eigen Kantoren Directie: L. DROOGLEEVER FORTUYN Czn., Amsterdam; J. MEES G.H.Zn.,..............................Winnipeg. De Bank geeft 5% PANDBRIEVEN Uit in stukken van flOOO. , f600.- en f!OO.~
PDF
Nummer
1913, nr.15, 8 okt. 1913
Blad
16
Tekst
Den Hmc KpTTERIMM tel: 300 TEL:3600 ---------- Cronincen TELU555 EN 72 ZELFSTANDIGE AFDEELINGEN OVERZICHT VAN HET INTERIEUR DER FABRIEK VAN BOVENSTAANDE MAATSCHAPPIJ. Pl.m. 450.000 Telephoon-Apparaten door onze verschillende afdeelingen geplaatst. De grootste inrichtingen werden reeds door ons geïnstalleerd.
PDF
Nummer
1913, nr.16, 15 okt. 1913
Blad
01
Tekst
DROMMEDARIS TE ENKHUIZEN. No. 16 15 October 1913. GEÏLLUSTREERD WEEKBLAD UITGEGEVEN DOOR A. W. SIJTHOFF’S UITGEVER5-MAATSCHAPPIJ, LEIDEN. 10 Cent 20 Centiemen
PDF
Blad 
 van 2380
Records 241 tot 245 van 11897