Paramaribo
Gouvemementsplein met de Öuiten-Sociéteit ,.54et park” en
de Suriname-rivier op den achtergrond.
Suriname-rivier met 7i. 7A. Gelderland.
Oranjestraat met op den achtergrond de Suriname-rivier.
Paramaribo, gelegen aan een bocht van de Surinamerivier, ongeveer 2 uur stoomens van
den Atlantischen Oceaan, biedt van de rivier uit een prachtigen aanblik aan. De stroom houdt
het water in genoemde bocht diep en schept aldus, zelfs voor groote schepen, de gelegenheid
om aan de steigers aan te leggen. Nu en dan gebeurt het wel eens, dat een boot van den Kon.-
West-Indischen Maildienst een dag vast blijft zitten op de modderbank in de Suriname-rivier,
een weinig benedenstrooms van de stad. Dit heeft evenwel zijn oorzaak niet in het ondiepe
vaarwater, maar komt, doordat deze booten veelal zonder loods varen. Schepen met meer diepgang
dan deze mailbooten, zooals onze oorlogsbodems, welke op Cura^ao gestationeerd zijnde,
soms de haven van Paramaribo bezoeken, komen steeds met een loods aan boord binnen en blijven
nooit vast zitten.
De kolonie Suriname, welke zich in de laatste jaren in verhoogde belangstelling van
het moederland mag verheugen, wordt terecht de meest Hollandsche kolonie genoemd. Moet men
in andere koloniën, om zich aan de inlandsche bevolking verstaanbaar te maken, de taal des
lands spreken, in Suriname is dit, althans in de hoofdstad Paramaribo, volstrekt onnoodig.
Tengevolge van den aldaar ingevoerden leerplicht kan men overal met Hollandsch terecht,
ja, wordt het er zelfs zeer zuiver gesproken. Onder elkaar wordt door de inlanders weliswaar
veel Neger-Engelsch gesproken, en door vreemdelingen, als Engelschen en Amerikanen, die
veelal in de goudvelden hun zaken hebben, uitsluitend Engelsch; doch behalve Indianen, Boschnegers en bovengenoemde vreemdelingen verstaat ieder Hollandsch.
Zooals uit de foto’s te zien is, springt in den bouw der huizen het Nederlandsch model
ook zeer op den voorgrond, ja, feitelijk zijn de huizen er te Europeesch. Alleen op de plantages zijn
ze meer aan het klimaat aangepast.
In den laatsten tijd echter worden vele huizen, vooral die, welke door Europeanen worden
bewoond, van balcons aan de straatzijde voorzien. De Europeanen en de gegoede inboorlingen
bewonen meestal de zoogenaamde hoofdgebouwen, welke aan weerskanten van elke straat staan
en afzonderlijk van elkaar zijn opgetrokken.
Achter deze hoofdgebouwen staan op ieder erf de woningen, vroeger door de slaven bewoond
en welke,,negerwoningen” genoemd worden. Het zijn meestal oude krotten, waarin de minder
gegoede inboorlingen verblijf houden, of liever gezegd : samenhokken.
In vele van deze huizen wonen soms in één kamer geheele families van zes of meer personen.
Van de straatzijde komt men op het erf door een deur, welke men in de schutting tusschen
twee hoofdgebouwen heeft aangebracht.
Deze deur noemt men nog altijd ,,negerdeur”.
Met uitzondering van enkele gouvernementskantoren en een paar particuliere huizen, welke
van steen zijn opgetrokken, zijn alle huizen van hout gebouwd.
De bewoners van Paramaribo bestaan, evenals die van geheel Suriname, uit de meest heterogene
bestanddeelen.
Men vindt er naast de oorspronkelijke Indianenbevolking, welke echter niet in Paramaribo
woont, doch slechts van tijd tot tijd de hoofdstad met een bezoek vereert, de afstammelingen van
de indertijd uit Afrika ingevoerde slaven. Onder deze komen, tengevolge van de vermenging met
Europeanen, allerlei kleurschakeeringen voor, van het lichtbruin, bij blank af, der mulatten tot
het pikzwart der negers. Verder vindt men er afstammelingen van Israëlieten, die wegens hun blanke
huidskleur door pas aangekomenen veelal voor Europeanen worden aangezien. Ook treft men
er een in de laatste jaren voortdurend stijgend aantal Britsch-Indiërs en Javanen aan, welke als
contract-arbeiders worden ingevoerd en zich na afloop van hun vijfjarig contract als vrije
immigranten vestigen en, voor zoover ze in Paramaribo wonen, het bedrijf van handelaar en
karreman uitoefenen.
Velen van deze Britsch-Indiërs, die als arme werkkoelies in Suriname zijn gekomen, zijn
nu welgestelde, ja zelfs soms rijke burgers geworden. Met het bijeengespaarde geld keeren zij
soms naar hun land terug, niet zelden twintig a dertig duizend gulden rijk.
De Javanen met hun verkwistenden aard brengen het zelden of nooit zoo ver. De Boschnegers, welke men ook bijna geregeld in de stad ziet, wonen, evenmin als de Indianen, in
Ge&icht op Paramaribo, (Sn *t midden de C. Cathedraal.)
Cldministratiegebouw van Sïnancién. Tiet GouvememenUplein.
|