Panorama

Blad 
 van 2380
Records 206 tot 210 van 11897
Nummer
1913, nr.13, 24 sept. 1913
Blad
10
Tekst
TH. A. H. VAN HARDERWIJCK, DIRECTEUR HAAGSCHE AMBACHTSSCHOOL. EEN BELANGRIJK FEEST EENER i NUTTIGE INSTELLING ? MET FOTO’S VAN J. B. HYMANS. Donderdag 11 September j.1. was er feest in de ’s-Gravenhaagsche Ambachtsschool. Het was veertig jaren geleden dat deze onderwijsinrichting werd opgericht. l al van genoodigden kwamen bij deze gelegenheid bijeen om een blijk te geven van hun belangstelling in de school en in het onderwijs. Ongetwijfeld mag het een gelukkig verschijnsel heeten. dat er zoo n groote belangstelling bestaat, want deze isnoodig om een zoo belangrijke zaak als ambachtsonderwijs meer en meer algemeen bekend te doen worden. Wie van nabij de evolutie, die zich geleidelijk in bijkans elke industrie vertoont met aandacht heeft gevolgd zal moeten erkennen, dat het een noodzakelijkheid is, waarvan de eisch steeds meer gebiedend spreekt, dat de prestatie van den werkman beter wordt, maar ook zal hij opgemerkt hebben, dat er nog zoo héél veel hapert aan de wijze waarop de jongen in de werkplaats tot werkman wordt ontwikkeld. Terecht wordt er in bijkans alle vakken over het gebrek aan geoefend personeel geklaagd, maar men mag niet tevreden zijn met het uiten dezer klacht alleen. Wil men vooruitziend zijn, dan heeft men zich bezig te houden met de vraag : hoe men dit euvel kan helpen bestrijden. Zoo lang de wereld bestond en zoo lang zij nog zal blijven bestaan, zal elk mensch met andere capiciteiten van geest en hand begaafd zijn. Men kan niet alle menschen over éen kam scheren. Maar toch zijn de groepen waarin men de aspirant-gezellen kan verdeden zonder al te groote moeite te omlijnen. En daarna is het mogelijk om datgene wat elke groep noodig heeft om in het leven rêe vooruit te komen, te vinden. De werkplaats als opleidingsinstituut biedt groote voordeelen, waaraan echter zeker, bij de bestaande productiewijze, nog vee) grooter nadeelen verbonden zijn. Er zijn nog tal van patroons en gezellen die zich verzetten tegen „schoolsch’ onderwijs voor de opleiding in het vak. „Een vak, een ambacht, is een zaak van de practijk, waarbij de harde werkelijkheid de beste lessen geeft. Geen opvoeding tot goed werkman kan dus gegrondvest worden op een inrichting die niet de harde practijk behoèft te bezitten. Een jongen van de vakschool komend is een heertje, die heel wat meent te weten, in theorie wel wat kent, maar in de werkplaats, waar hij dan toch terecht moet komen, met verkeerde handen staat’, zoo is het oordeel, het m. i. geheel verkeerde oordeel, van velen. Van velen, dit moet ik erbij voegen, die meestal niet met de ambachtsschool en de door haar bereikte resultaten voldoende hehben kennis gemaakt. Het verkeerde van deze hierboven aangeduide beoordeeling zal direct in hel oog springen als men deze stelling op dezelfde wijze voor andere zaken gaat toepassen. Lezen, schrijven, rekenen, isijn ook alle dingen die in de harde praktijk van het leven noodzakelijk zijn en toch wordt de grondkennis daarvan op een school gegeven. Waarom EEN GROEP LEERAREN. AFDEELING: SMEDERIJ. dan ook niet de grondkennis voor de uitoefening van andere eigenschappen op de school geleerd ? * * * * * * * * * Wie zich eerlijk tegenover de ambachtsschool en het ambachtsschoolonderwijs stelt moet daarvan geen wonderen verlangen. De ambachtsschool is bestemd om den aspirant-werkman de kennis bij te brengen die hem in staat stelt in de werkplaats te komen met een grondsleg van weten, waardoor hij zich met behulp van de practische ervaring ■ spoedig tot een kundig gezel kan ontwikkelen. De ambachtschool is voor den werkman, wat Handelsschool of Gymnasium voor den handelman of studeerende is. * * * * * * * * * Beter te verdedigen dan de opvatting van hen, die tegen elk ambachtsonderwijs buiten de werkplaats zijn, is de meening van degenen, die zeggen: de goede oplossing vindt men wanneer men aan het onderricht en het practische leven in de werkplaats het theoretisch ambachts(avond)school verbindt. En in die richting wordt goed werk gedaan. Toch heeft het ambachtsschoolonderwijs als voorbereiding vóór de komst in werkplaats zijn voordeel. De leerling die zóó toegerust in de werkplaats komt, moge wel eens in het eerste oogenblik wat vreemd staan, bij eenigen aanleg zal spoedig blijken, dat hij dezen eersten schroom overwint en toont dat hij met zijn zoo veel betere voorbereiding ook voor het vervolg aan de spits komt te staan. * * * * * * * * * De lezer vergeve mij deze korte uitwijding op een gebied dat mijn sympathie zoo ten volle heeft, omdat ik van de belangrijkheid geheel overtuigd ben. Ik keer terug tot de feestvierende school, waarvan wij hierbij enkele interieurs geven met de portretten van den zoo verdienstelijken directeur en adj.-directeur, benevens der vele leeraren. Er bestaan pl.m. 60 ambachtsscholen in ons land, doch de Haagsche school met zijn 550 leerlingen is het sterkst bevolkt. In hef gebouw zijn 56 werkplaatsen, teeken- en theoriezalen en het onderwijs wordt gegeven door 54 leeraren in de vakken: timmeren, meubelen, smeden en machinebankwerker instrumentmaken en electrisch bedrijf, koperbewerking, schilderen, letterzetten en boekdrukken; terwijl er nog speciale cursussen zijn voor chauffeurs en gasfitters. Dit is een mooi succes, vooral wanneer men weet met welke bescheiden middelen deze instelling is begonnen. Een woord van lof aan bestuur, directie en leeraren voor den ijver die noodig was om zoover te komer». En een woord van hoop en vertrouwen in de toekomst bij dit zoo heugelijk en belangrijk feest. L. EEN GROEP LEERAREN.
PDF
Nummer
1913, nr.13, 24 sept. 1913
Blad
11
Tekst
tilt het volle leven.
PDF
Nummer
1913, nr.13, 24 sept. 1913
Blad
12
Tekst
De Rhinoceros van pompeji, nlangs heeft in de Belgische Vereeniging voor Kunstgeschiedenis Dr. H. David de aandacht gevestigd op een „vervalsching van een drievoudig haut-relief. aan de twee afloopende zijden een kameel en in het midden een rhinoceros voorstellende. Dit haut-relief — zoo deed de heer David uitkomen — is tentoongesteld in het museum te Napels en daar gerangschikt als afkomstig uit de opgravingen van Pompeji. terwijl toch de voornaamste figuur, de rhinoceros, lijntje voor lijntje als twee druppelen water gelijkt op een houtsnede van Dürer, waarvan de oorspronkelijke teekening in het British Museum is. De gelijkenis is te meer merkwaardig, omdat de teekening, die geheel gestyliseerd is, afwijkingen vertoont, die geheel en al worden weergevonden in het Pompejaansche marmer en dat die zonderlinge dingen volkomen verklaarbaar zijn als men weet, dat Dürer nooit een rhinoceros had gezien. Volgens een aanteekening van zijn hand, had hij het beest geteekend naar een krabbeltje dat hem uit Lissabon, in 1513, was toegezonden, toen de Portugeesche Koning twee van die beesten had ten geschenke gekregen Het lag dus voor de hand om te besluiten: als dit haut-lelief van Napels uil den Pompejaanschen bodem is opgedolven, dan moet men hel er eerst ingestopt hebben. * * * * * * * * * Op de ontdekking (!) van Dr. David heeft de geleerde directeur van het Napolitaansche Museum, Victor Spinazzola, op afdoende wijze geantwoord : dat geen enkele catalogus beweert dat het haut-relief afkomstig zou zijn uit de opgravingen van Pompeji, maar dat de eenige ambtelijke beschrijving, die van Mess, Petra en Mariani zegt, dat het beeldhouwwerk afkomstig is uit de verzameling Farnese, waardoor elke Pompejaansche afkomst uitgesloten is. De eenige onjuiste aanduiding komt voor in een Duitsch boek „Die Antike Tierwelt , door Otto Keiler, waarin de rhinoceros van Napels wordt weergeven onder den titel „Pompejanisches Relief en als afkomstig uit Pompeji De catalogus van het Borgiaansche Museum, geschreven door graaf Borgia, beschrijft de kameelen en den rhinoceros onder de groep »navolgingen, christelijk en modern De opmerking van Dr. David is dus volkomen onjuist. Zij laat den roem van Pompeji als Koningin der klassieke oudheden onaangetast, maar zij heeft de verdienste op de teekening van Dürer opnieuw de aandacht te hebben gevestigd. Onze afbeeldingen geven de beide kameelen var> hel relief. den Napelschen rhinoceros en de teekening van Dürer ter vergelijking. * * * * * * * * * Albrecht Dürer werd geboren te Neurenberg 21 Mei 1471. Ofschoon oorspronkelijk opgeleid voor goudsmid, kreeg de liefde voor schilderen en etsen al spoedig de overhand bij hem. Nadat hij de oude Duitsche meesters had bestudeerd en Andrea Mantegna hem in de klassieke kunst had ingewijd, maakte hij van 1490—1494 zijn eerste kunstreis en bezocht toen ook Venetië, waar hij tusschen de jaren 1505—1507 nog eens vertoefde. Behalve een kunstreis, die hij van 1520—1521 naar Nederland maakte, bracht hij het verdere gedeelte van zijn leven door in zijn geboorteplaats, alwaar hij 6 April 1528 is overleden Gelijk met Herculanum en nog eenige andere, kleinere, plaatsen, werd 24 Aug 79 n. Chr. ook Pompeji, een stad met 12—20,000 inwoners dooreen hevige uitbarsting van den Vesuvius verwoest. Bijna 17 eeuwen bleef deze stad onder de vulcanische bedekking begraven en eerst in 1748 is men begonnen opgravingen te doen, welke schatten van zeer hooge kunstwaarde aan het licht hebben gebracht
PDF
Nummer
1913, nr.13, 24 sept. 1913
Blad
13
Tekst
JAN OLIESLAGERS heeft met zijn schitterende vluchten boven het E.N.T.O.S.-terrein zijn ouden roem gehandhaafd. Wij geven hierboven een zeer goed geslaagde foto, waarop van links naar rechts de H.H. P. J. M. Verschure, J. S. Meuwsen, J. P. Zur Miihlen. Jan Olieslagers, C. P. Vatfier Kraane. Exc. Generaal Van Heutz, Kissing. Van 18-21 Aug. werd op de schietbanen te Huisduinen de 8ste Marine Schietwedstrijd gehouden. Onze foto geelt de groep geweerschutters met hun leider weer, die voor Hr. Ms. Torpedo-lnstructieschip ..Koningin Emma” den eersten prijs wonnen in de afdeeling Groepenwedstrijd Geweer, en daardoor tevens in bezit kwamen van den zilveren Wisselbeker, uitgelooid door de afd. Leiden en omstr. v.d.Ned, Ver. ..OnzeVloot. De Reclame-optocht te Amsterdam. Het is ons natuurlijk niet mogelijk den prachtigen reclame-optocht in zijn geheel op te nemen, doch hierboven geven wij enkele foto’s van deelnemende wagens, die ieder voor zichzelf spreken.
PDF
Nummer
1913, nr.13, 24 sept. 1913
Blad
14
Tekst
De Machine van den Staat weer m werking. DE KONINGIN NA DE OPENING DER STATE N-GE N E R AAL. De derde Dinsdag in September is voor den Haag een dag van groote beteekenis: feitelijk voor het heele land, doch in de residentie is het dan feest. Duizenden zijn saamgekomen om H.M. bij haar opgaan ter vergadering te zien. Ook de gouden koets heelt elk jaar weer de volle bewondering. ■ M • 9 V * > Een ernstige aanvaring heelt plaats gehad in den Waterweg voorbij Vlaardingen tusschen het s.s. „Colmar en hel s.s. „Mavis . met het gevolg dat beide schepen beschadigd werden en een persoon aan boord van de Mavis werd gedood terwijl nog enkele anderen werden gekwetst. De -Colmar" was alleen aan den boeg beschadigd, doch met de „Mavis” was hef erger gesteld, zij maakte direct water, dreef nog een weinig al naar den Zuidwal en begon daar langzaam met hef achterschip te zinken. Zooals onze foto heel duidelijk laat zien, zijn de kranen, de pijp en de mast slechts gedeeltelijk zichtbaar, terwijl het voorschip geheel boven ligt. De betooging voor hef vrouwenkiesrecht, die plaats had op oen dag na de opening, der StatenGeneraal is niet kunnen worden, wat het Bestuur er zich van had voorgesteld. Het was de bedoeling, na het aanbieden van het adres een stille, zwijgende betooging te houden op hef Binnenhof, om zoodoende de aandacht van de regeering te vestigen op het feit, dat een groot gedeelte vrouwen gelijke grondweftelijke rechten vragen voor alle burgers, zoowel mannen als vrouwen. Van den burgermeester was evenwel een olficieuse weigering gekomen en daarom heeft de betooging plaats gehad in troepjes van 25 onder leiding van een Commissaris van Orde. Ongeveer een duizendtal Vrouwen namen aan de betooging deel. ONZE EERSTE PAGINA STELT VOOR EEN ZEEUWSCHEN DANS. UI TG EVOER O TE AMSTERDAM VOOR H.M DE KON INGIN EN Z.K.H. DEN PRINS. DE FOTO’S H.M. DE KONINGIN OP DE E N T.O S EN JAN OLIESLAGERS ZIJN VAN DE FIRMA B. GROOTE & CO.
PDF
Blad 
 van 2380
Records 206 tot 210 van 11897